Het mesolimbische systeem en eetverslaving: wat suiker wel en niet doet (2016)

Volume 9, Juni 2016, pagina's 118-125

Dieet, gedrag en hersenfunctie

http://dx.doi.org/10.1016/j.cobeha.2016.03.004


Hoogtepunten

• Sucrose versterkt en bevordert de dopamine-afgifte onafhankelijk van de smaak.

• Geneesmiddelen en sucrose hebben sterke maar voorbijgaande effecten op het mesolimbische systeem.

• Verslavende geneesmiddelen verstoren de plasticiteit van de hersenen na langdurige blootstelling.

• Geen gegevens suggereren momenteel vergelijkbare centrale aanpassingen na sucrose.


Obesitas en obesitas gerelateerde aandoeningen vormen een grote bedreiging voor de volksgezondheid. Er is gesuggereerd dat voedselverslaving een geldig klinisch concept is en dat voedselverslaving een bijdragende factor is aan de obesitas-epidemie. Uit onderzoek met diëten met beperkte toegang tot eetbuien is gebleken dat knaagdieren onder bepaalde omstandigheden sucrose gerelateerd gedrag vertonen dat doet denken aan verslavende middelen. Een vraag die echter overblijft is of voedsel of bepaalde bestanddelen van voedsel verslavende eigenschappen bezitten die lijken op drugsgebruik. Het alternatief is dat 'voedselverslaving' (of liever 'eetverslaving') geen stoornissen in het gebruik van middelen is, in die zin dat mensen verslaafd zijn aan een specifieke substantie of bestanddeel van voedsel, maar eerder een verslavende aandoening die ontremming van voedselinname in het algemeen met zich meebrengt. die overeenkomsten vertoont met gedragsverslavingen zoals probleemgokken. Hier beschrijven we hoe suiker (een kandidaatverslavend onderdeel van vaak geconsumeerd voedsel) korte- en langetermijneffecten op de hersenen heeft en vergelijk dit met hoe verslavende stoffen het mesolimbische dopaminesysteem functioneel veranderen. We richten ons op dit systeem, aangezien plasticiteitsveranderingen in het mesolimbische systeem zijn betrokken bij de ontwikkeling van drugsverslaving. We concluderen dat suiker een sterke directe invloed heeft op het dopamine-systeem, dat ten grondslag ligt aan zijn diepgaande versterkende eigenschappen. Op dit moment is er echter beperkt bewijs dat suggereert dat suikerinname plasticiteitsveranderingen induceert die vergelijkbaar zijn met die veroorzaakt door drugs van misbruik. Zo stellen we op basis van de huidige literatuur dat het waarschijnlijk is dat de langetermijneffecten van suiker op de hersenen zowel kwalitatief als kwantitatief verschillen van die van verslavende middelen