Interacties van kern-hersennetwerken en cognitieve controle bij personen met internet-gokkenstoornissen in de late adolescentie / vroege volwassenheid (2015)

Brain Struct Funct. 2015 Jan 9.

Yuan K1, Qin W, Yu D, Bi Y, Xing L, Jin C, Tian J.

Abstract

Ongeacht of het wordt geconceptualiseerd als een gedragsverslaving of een impulsbeheersingsstoornis, is van internet-gokverslaving (IGD) verondersteld dat het verband houdt met een verminderde cognitieve controle. Efficiënt cognitief gedrag omvat de gecoördineerde activiteit van grootschalige hersennetwerken, maar of de interacties tussen deze netwerken tijdens gemoduleerd cognitief controlegedrag in rusttoestand bij IGD-adolescenten onduidelijk blijven.

Achtentwintig IGD-adolescenten en vijfentwintig op leeftijd, geslacht en onderwijs afgestemde gezonde controles namen deel aan ons onderzoek. Stroop-kleurwoordtaken werden uitgevoerd om de cognitieve controle-tekortkomingen bij IGD-adolescenten te evalueren. Functionele connectiviteit en Granger Causale Analyse werden gebruikt om de functionele en effectieve verbindingen binnen en tussen de salience-, central executive- en standaardmodusnetwerken te onderzoeken.

Ondertussen werd diffusie tensor imaging gebruikt om de structurele integriteit van abnormale netwerkverbindingen te beoordelen. TDe abnormale functionele connectiviteit binnen centrale uitvoerende netwerken en effectieve connectiviteit binnen salience-netwerk bij IGD-adolescenten werden gedetecteerd. Bovendien werden de inefficiënte interacties tussen deze twee hersennetwerken waargenomen.

Daarnaast identificeerden we verminderde fractionele anisotropie in salience-netwerk, rechter centrale uitvoerende netwerkkanalen en tussen-netwerk (de anterior cingulate cortex-right dorsolaterale prefrontale cortex tracts) paden in IGD-individuen.

We merkten met name een significante correlatie tussen de effectieve en structurele verbinding van het salience-netwerk met het centrale uitvoerende netwerk en het aantal fouten tijdens incongruente condities in de Stroop-taak bij zowel IGD als controlepersonen.

Onze resultaten suggereerden dat een verminderde cognitieve controle bij IGD-adolescenten waarschijnlijk wordt gemedieerd door de abnormale interacties en structurele verbindingen tussen intrinsieke grootschalige hersennetwerken.