Het afspelen van gewone actie videogames wordt geassocieerd met caudate nucleus-afhankelijke navigatiestrategieën (2015)

Greg L. West, Brandi Lee Drisdelle, Kyoko Konishi, Jonathan Jackson, Pierre Jolicoeur, Veronique D. Bohbot

DOI: 10.1098/rspb.2014.2952 Gepubliceerd op 20 mei 2015

Abstract

Het gebruikelijke spelen van videogames wordt geassocieerd met verhoogde grijze massa en activiteit in het striatum. Studies bij mensen en knaagdieren hebben een omgekeerde relatie aangetoond tussen grijze stof in het striatum en de hippocampus. We onderzochten of het spelen van actievideogames ook geassocieerd is met een toenemend gebruik van responsleerstrategieën tijdens navigatie, waarvan bekend is dat deze afhankelijk zijn van de caudate nucleus van het striatum, wanneer gepresenteerd in een dubbele oplossingstaak. We hebben 26 actievideogamespelers (actionVGP's) en 33 niet-actievideogamespelers (niet-VGP's) getest in het 4-tegen-8 virtuele doolhof en een ERP-taak (Visual Attention Event-related Potential), die een robuuste N-2 uitlokt -posterieur-controlaterale (N2pc) component. We ontdekten dat actie-VGP's een significant grotere kans hadden om een ​​responsleerstrategie te gebruiken (80.76%) vergeleken met niet-VGP's (42.42%). In overeenstemming met eerder bewijs verschilden actionVGP's en niet-VGP's in de manier waarop ze visuele aandacht aan centrale en perifere doelen besteedden, zoals waargenomen in de opgewekte N2pc-component tijdens een ERP-visuele aandachtstaak. Het toegenomen gebruik van de responsstrategie bij actie-VGP's komt overeen met eerder waargenomen toenames in het striatale volume bij videogamespelers (VGP's). Het gebruik van responsstrategieën wordt geassocieerd met verminderde grijze massa in de hippocampus. Eerdere studies hebben aangetoond dat een verminderd volume in de hippocampus voorafgaat aan het ontstaan ​​van veel neurologische en psychiatrische stoornissen. Als actieVGP’s minder grijze stof in de hippocampus hebben, zoals responsleerlingen normaal gesproken doen, zouden deze individuen een verhoogd risico kunnen lopen om tijdens hun leven neurologische en psychiatrische stoornissen te ontwikkelen.

  • December 3, 2014 ontvangen.
  • Geaccepteerd in april 21, 2015.

Artikelen over het onderzoek: