Problematisch gebruik van computerspellen als uitdrukking van internetverslaving en de associatie met zelfbeoordeling van de adolescente bevolking in Litouwen (2016)

Medicina (Kaunas). 2016;52(3):199-204. doi: 10.1016/j.medici.2016.04.002.

Ustinavičienė R1, Škėmienė L2, Luksienė D3, Radišauskas R4, Kalinien G5, Vasilavicius P6.

Abstract

ACHTERGROND EN DOEL:

Computers en internet zijn niet meer weg te denken uit het leven van vandaag. Problematisch gamen houdt verband met de gezondheid van adolescenten. Het doel van onze studie was om de prevalentie van internetverslaving onder 13-18-jarige schoolkinderen en de relatie met geslacht, leeftijd en tijd besteed aan het spelen van computerspellen, speltype en subjectieve gezondheidsevaluatie te evalueren.

MATERIALEN EN METHODES:

In totaal werden 1806 scholieren van 13-18 jaar geïnterviewd. De evaluatie van internetverslaving werd uitgevoerd door de Diagnostic Questionnaire volgens de Young-methodologie. De relatie tussen de keuze van het type computerspel, de tijd besteed aan het spelen van computerspellen en de internetverslaving van de respondenten werd beoordeeld met behulp van multivariate logistische regressieanalyse.

RESULTATEN:

Een tiende (10.6%) van de jongens en 7.7% van de meisjes van 13-18 jaar was internetverslaafd. Internetverslaving was geassocieerd met het type computerspel (actie of gevecht vs. logica) bij jongens (OR=2.42; 95% BI, 1.03-5.67) en met de hoeveelheid tijd die de afgelopen maand per dag werd besteed aan het spelen van computerspellen (≥5 vs. <5 uur) bij meisjes (OR=2.10; 95% BI, 1.19-3.70). De jongens die verslaafd waren aan internet hadden meer kans om hun gezondheid slechter te beoordelen in vergelijking met hun leeftijdsgenoten die niet verslaafd waren aan internet (OR=2.48; 95% CI, 1.33-4.62).

Conclusies:

Internetverslaving was significant geassocieerd met een slechtere zelfgeschatte gezondheid bij jongens.

trefwoorden:

Adolescenten; Computer spelletjes; Internet verslaving; Zelf beoordeelde gezondheid

PMID: 27496191

DOI: 10.1016/j.medici.2016.04.002