Processen die ten grondslag liggen aan de effecten van het gebruik van seksueel expliciet internet door adolescenten Materiaal: de rol van ervaren realiteit (2010)

Communicatie onderzoek juni 2010 vlucht. 37 Nee. 3 375-399

Jochen Peter-Universiteit van Amsterdam, Nederland, [e-mail beveiligd]
Patti M. ValkenburgUniversiteit van Amsterdam, Nederland, [e-mail beveiligd]

Abstract

Hoewel onderzoek herhaaldelijk een verband heeft aangetoond tussen blootstelling van adolescenten aan seksueel expliciet internetmateriaal (SEIM) en seksuele attitudes, zijn de onderliggende processen van deze associatie niet goed begrepen. Meer specifiek hebben studies gewezen op een bemiddelende rol van waargenomen realisme, maar intern geldig bewijs ontbreekt.             

Om deze problemen aan te pakken, gebruikten de auteurs gegevens van een driegolfpanelonderzoek van 959 Nederlandse adolescents. Ze onderzochten of twee dimensies van het waargenomen realisme van SEIM-sociaal realisme en nut-gemedieerde de impact van SEIM op de instrumentele attitudes van adolescenten ten opzichte van seks (dat wil zeggen, het begrip seks als primair fysiek en ongedwongen in plaats van aanhankelijk en relationeel). Structurele modellering van vergelijkingen toonde dat frequenter gebruik van SEIM zowel het waargenomen sociaal realisme als het waargenomen nut van SEIM verhoogde. Op hun beurt leidden deze twee percepties tot meer instrumentele attitudes ten opzichte van seks. Er zijn geen aanwijzingen voor een omgekeerde causaliteit.


Van - Het effect van internetporno op adolescenten: een overzicht van het onderzoek (2012)

  • Daarnaast gebruikten Peter en Valkenburg (2010) gegevens van een driewegpanelonderzoek onder 959 Nederlandse adolescenten om twee dimensies van waargenomen realisme aan te pakken: sociaal realisme en nut. De auteurs definieerden sociaal realisme als: "de mate waarin de inhoud van SEIM [seksueel expliciet internetmateriaal] wordt gezien als vergelijkbaar met seks in de echte wereld "(pp. 376-77) en bruikbaarheid als: "de mate waarin adolescenten SEIM beschouwen als een nuttige bron van informatie over seks en als van toepassing op de echte wereld" (p .377). Ze onderzochten ook de invloed van seksueel expliciet materiaal op instrumentele attitudes ten opzichte van seks, dat wil zeggen: "het idee van seks als primair fysiek en ongedwongen in plaats van aanhankelijk en relationeel" (p. 375). Tzijn studie suggereert dat als adolescenten vaker worden blootgesteld aan seksueel expliciet materiaal, hun percepties van het sociale realisme en het nut van seksueel expliciet materiaal toenemen. De studie suggereert ook dat de perceptie van groter adolescenten van sociaal realisme en bruikbaarheid van seksueel expliciet materiaal, des te groter hun instrumentele attitudes ten opzichte van sex.