Psychol Addict Behav. 2017 september 28. doi: 10.1037/adb0000316.
Király O, Toth D, Urbán R, Demetrovics Z, Maraz A.
Abstract
Videogames zijn populairder dan ooit en het grote publiek, inclusief ouders, opvoeders en de media, beschouwt intens videogamen vaak als fundamenteel problematisch. Om deze hypothese te testen, werden deelnemers geworven via gaming-gerelateerde websites, wat resulteerde in een steekproef van N = 5,222 online videogamers (gemiddelde leeftijd: 22.2 jaar, SD = 6.4). Naast het beoordelen van de speeltijd, hebben we de Ten-Item Internet Gaming Disorder Test, de Brief Symptom Inventory en de Motives for Online Gaming Questionnaire afgenomen. Twee structurele regressiemodellen werden geschat met zowel speeltijd als problematisch gamen als uitkomstvariabelen. Voorspellers waren psychiatrische symptomen in het eerste model en spelmotieven in het tweede model. Beide modellen leverden voldoende fit-indices op. Psychiatrische symptomen hadden een matig positief effect op problematisch gebruik (β = .46, p < .001) terwijl hun effect op speeltijd praktisch nul was (β = -.01, p = .84). In het tweede model was Escape het meest prominente motief en werd het matig tot sterk geassocieerd (β = .58, p < .001) met problematisch gebruik. De associatie tussen Escape en speeltijd was echter aanzienlijk zwakker (β = .21, p < .001). De correlatie tussen speeltijd en problematisch gebruik was zwak tot matig in beide modellen (respectievelijk r = .26, p < .001 en r = .21, p < .001). Gegevens suggereren dat speeltijd zwak geassocieerd is met negatieve psychologische factoren zoals psychiatrische symptomen en ontsnappingsmotieven, die consequent verband bleken te houden met problematisch gebruik. Daarom lijkt alleen de hoeveelheid speeltijd een onbetrouwbare voorspeller van problematisch gebruik, wat vraagtekens plaatst bij het eerder genoemde idee dat intensief gamen in wezen problematisch is. (PsycINFO-databaserecord
PMID: 28956935
DOI: 10.1037 / adb0000316
;
