Seksverslaving en gokstoornis: overeenkomsten en verschillen (2015)

Compr Psychiatry. 2015 Jan;56:59-68. doi: 10.1016/j.comppsych.2014.10.002.

Farré JM1, Fernández-Aranda F2, Granero R3, Aragay N4, Mallorquí-Bague N1, Ferrer V1, Meer een1, Bouman WP5, Arcelus J6, Savvidou LG7, Penelo E8, Aymamí MN7, Gómez-Peña M7, Gunnard K9, Romaguera A10, Menchón JM11, Vallès V4, Jiménez-Murcia S12.

Abstract

DOEL:

Onlangs heeft de DSM-5 een nieuwe diagnostische categorie ontwikkeld met de naam "Middelengerelateerde en verslavende aandoeningen". Deze categorie omvat gokstoornis (GD) als enige gedragsverslaving, maar omvat niet seksverslaving (SA). Het doel van deze studie is om te onderzoeken of SA beter moet worden geclassificeerd als andere gedragsverslavingen, door middel van een vergelijking van de persoonlijkheidskenmerken en comorbide psychopathologie van personen met SA met die van personen met GD, die onder de categorie verslaving en aanverwante aandoeningen.

METHODE:

Het monster omvatte 59-patiënten met de diagnose SA, die werden vergeleken met 2190-individuen met de diagnose GD en met gezonde 93-controles. Beoordelingsmaatregelen omvatten de diagnostische vragenlijst voor pathologisch gokken, het South Oaks-gokscherm, de Symptom CheckList-90 items-herzien en de temperament- en tekeninventaris-herzien.

RESULTATEN:

Er werden geen statistisch significante verschillen gevonden tussen de twee klinische groepen, behalve de sociaal-economische status. Hoewel er statistisch significante verschillen werden gevonden tussen beide klinische groepen en controles voor alle schalen op de SCL-90, werden geen verschillen gevonden tussen de twee klinische groepen. De resultaten waren verschillend voor persoonlijkheidskenmerken: logistische regressiemodellen lieten zien dat seks verslavend gedrag werd voorspeld door een hoger opleidingsniveau en door lagere scores voor TCI-R nieuwheidzoeken, schade vermijden, persistentie en zelftranscendentie. Tewerkstelling en lagere scores in coöperativiteit hadden ook de neiging om de aanwezigheid van seksverslaving te voorspellen.

Conclusies:

Hoewel SA en GD enkele psychopathologische en persoonlijkheidskenmerken delen die niet aanwezig zijn in gezonde controles, zijn er ook enkele diagnostisch-specifieke kenmerken die een onderscheid maken tussen de twee klinische groepen. Deze bevindingen kunnen helpen om onze kennis van fenotypen die bestaan ​​in gedragsverslavingen te vergroten.